woensdag 11 juni 2008

11 juni

Woensdag is een gewone werkdag, zelfs al ben ik jarig. Dat vier ik morgen wel als ik toch ’s middags naar mijn gezin ga om Machtelds verjaardag te vieren (al 51 jaar achter elkaar jarig) en de uitslag van Tobias’ eindexamen te horen.’s Ochtends spreek ik met verschillende medewerkers, waaronder Marc Theeuwes die een tijdje bij de buurgemeente Heumen was gedetacheerd, heel leerzaam. Er is ook portefeuilleoverleg Veiligheid waarin ik de belangrijkste onderwerpen die ons bezig houden doorneem. Het incident met de 'beschietingen' van kindjes bij het kinderdagverblijf Kameleon is nog niet opgehelderd. Er wordt ook hard gewerkt om duidelijk te krijgen wat de achtergrond was van de recente opstootjes tussen jongeren in de Meijhorst. Binnenkort komt de Veiligheidsbrief uit, waarin het college een overall beeld geeft van ons veiligheidsbeleid en onze resultaten. Die brief aan de raad gaat gepaard met de zogenoemde Integrale Veiligheidsmonitor die een goed beeld geeft van de objectieve veiligheid en de subjectieve gevoelens daarover. We maken op verschillende terreinen voortgang, maar soms is de werkelijkheid wel erg weerbarstig.

Aan het begin van de middag heb ik een gesprek met de voorzitter van de supportersvereniging van N.E.C., Rob Schevers. De afspraak was al veel eerder gepland en toen was het de bedoeling dat we het eens over het ‘bierbeleid’ zouden hebben. Nu we hebben aangekondigd dat beleid te versoepelen, hoeven we het daar niet lang meer over te hebben. Ik leg wel uit dat de ordebesluiten die ik soms moet nemen, van combi-voorwaarden tot huldiging op de Goffertweide in plaats van het centrum, niet zomaar persoonlijke ingevingen zijn, maar beslissingen die gebaseerd zijn op wat de professionals van de politie, de brandweer, de afdeling veiligheid en N.E.C. zelf daarover adviseren.

De rest van de middag ben ik op onze universiteit. Eerst komt de zogenoemd Alumniboard van de juridische faculteit bijeen. Daarin zijn enkele reünisten bijeengebracht om bij te dragen aan een versterking van de band van de faculteit met de ongeveer 9000 juristen die ooit in Nijmegen zijn opgeleid. Mensen als Geert Corstens, de aanstaande president van de Hoge Raad, Willem Bekkers, de algemeen deken van de Nederlandse Orde van Advocaten en ING-topman Eli Leenaars zijn bereid om tijd vrij te maken voor Nijmegen en dat is mooi.

Aansluitend wordt de jaarlijkse Van der Grintenlezing gehouden, vernoemd naar de fameuze civilist Willem van der Grinten die in de jaren 60, 70 en 80 de onbetwiste meester van de Nijmeegse juristen was, daarvoor ooit de eerste staatssecretaris van Nederland en aan het einde ook nog even informateur van het eerste kabinet Van Agt. Ditmaal wordt de lezing in de aula van de universiteit uitgesproken door professor Antoine Bodar en handelt over luxe en decadentie en religie. Een interessant en intellectueel verhaal waarin en passant een enkele partijgenoot van mij een veeg uit de pan krijgt. Ik voel mij niet aangesproken.

’s Avonds de koffer met stukken, een aardige voetbalwedstrijd op televisie en veel telefoontjes, smsjes en mailtjes voor mijn verjaardag.