maandag 3 december 2007

3 december

Maandag ben ik het grootste gedeelte van de dag in Den Haag. De Nijmeegse zaken gaan vooral per telefoon en per stapels dossiers op de achterbank van de auto natuurlijk .

Eerst heb ik een vooroverleg met de VNG voor het gesprek dat we later hebben met de rijksoverheid over verschillende veiligheidsonderwerpen. Onze delegatie bestaat uit de afscheidnemende voorzitter van de VNG Wim Deetman, de aantredende voorzitter en burgemeester van Almere Annemarie Jorritsma, VNG-hoofddirecteur Ralph Pans en ikzelf namens het Veiligheidsberaad.

Het overleg met het rijk, het zgn. Strategisch Beraad Veiligheid, vindt vervolgens plaats op mijn oude ministerie van BZK. Behalve minister Guusje ter Horst en staatssecretaris van VWS Jet Bussemaker, zijn er veel ambtenaren van Justitie, BZK en VWS aanwezig. Het Interprovinciaal Overleg is vertegenwoordigd door de commissarissen Harry Borghouts en Clemens Cornielje. Diverse veiligheidsissues komen langs. Zelf pleit ik er bij de minister van BZK voor om de eisen voor de convenanten die zij wil afsluiten met de veiligheidsregio’s niet te strak te maken. Wie de veiligheidsregio’s nu met extra geld tot uitspraken wil verleiden om volgend jaar de brandweer totaal te regionaliseren, dreigt het paard achter de wagen te spannen. Voor een aantal regio’s gaat dat te snel en sommige bestuurders voelen het ook als powerplay. De minister blijkt er niet gevoelig voor.

Aan het einde van de middag wordt in de Oude Zaal van de Tweede Kamer het nieuwe boek in de reeks Parlementaire Geschiedenis na 1945 gepresenteerd. Een volle bak met journalisten, Kamerleden en oud-Kamerleden, bestuurders, historici. Deel 7 dat nu ten doop wordt gehouden, beschrijft de periode van het kabinet De Quay 1959-1963. Dat waren de laatste jaren van mijn eigen vader als lid van de Tweede Kamer voor de KVP. Hij is 15 jaar kamerlid geweest, vroeger heel gewoon, nu een hoge uitzondering. Met mijn 9 jaren was ik in 2003 zelfs al een senior. De belangrijkste politieke gebeurtenis onder De Quay was de soevereiniteitsoverdracht van Nieuw Guinea aan Indonesiƫ. Niet vrijwillig maar afgedwongen door Amerika.

Oud-premier Piet de Jong, in het kabinet De Quay staatssecretaris van Marine, houdt een fantastisch geestige toespraak. De man is inmiddels 92 jaar, maar nog steeds kaarsrecht van leden en uitermate scherp van geest, al praat hij erg zacht. Hij verhaalt hoe De Quay op het gazon van het Catshuis op mollenjacht ging. Daar had een minister-president toen nog tijd voor. Ik bied als voorzitter van de Stichting Parlementaire Geschiedenis de eerste exemplaren van het boek aan ondervoorzitter van de Tweede Kamer Jan ten Hoopen en minister van Defensie Eimert van Middelkoop.

’s Avonds eten we met een groot gezelschap, waaronder enkele Nijmeegse hoogleraren en de voorzitter van de Radboud Universiteit en de niet moe te krijgen Piet de Jong in Corona aan het Buitenhof. We nemen officieel afscheid nemen van Eimert van Middelkoop als bestuurslid van de stichting. Ik mag hem graag, een rechtgeaard GPV’er die niettemin uitstekend in staat is om vriendschappelijke banden te onderhouden met mensen die politiek en ideologisch diametraal tegenover hem staan, zoals ik. Ik vraag hem tussen de bedrijven door of hij er voor wil zorgen dat de krijgsmacht zich blijft inspannen voor de Vierdaagse. Dat is niet alleen goed voor Nijmegen en voor de Vierdaagse, maar ook voor de maatschappelijke verankering van de krijgsmacht zelf. Als het even kan, moet de minister komend jaar zelf komen kijken.